zondag 8 april 2012

Pausin Johanna: een dwaze geschiedenis

De geschiedenis van de pausen is er een om van te smullen. Het is een wonderlijke optocht vol pornocraten en heiligen, monsters en helden, schijtlijsters en opportunisten. Maar het absolute dieptepunt is zonder twijfel - als we tal van geschiedschrijvers mogen geloven - het zich van schandaal naar schandaal voortslepende pontificaat van pausin Johanna geweest. Johanna heeft volgens de overlevering van 855 tot 857 op de troon van Petrus gezeten en heeft in die jaren nog een kind gebaard ook. Gewoon op straat nota bene. Of is hier sprake van een duivels verzinsel dat door antipapisten door de eeuwen heen wellustig is gevoed en gekoesterd?

De beste boeken over de pausen zijn geschreven door protestanten, door historici als Leopold von Ranke (1795-1886) en, zeer recent, John Julius Norwich. Zij weten de noodzakelijke distantie op te brengen en schromen niet om hun pen als dat nodig is in vitriool te dopen, waar hun katholieke vakbroeders met hun hagiografische inktpotjes (enkele grootheden zoals de Nederlandse historicus L.J. Rogier uitgezonderd) het op dit punt maar al te vaak grovelijk laten afweten. Norwich is een Engels historicus (1929) die eerder monumentale werken het licht heeft doen zien over onder andere de geschiedenis van Venetië, van Byzantium en van het hele Middellandse Zeegebied. Zijn De Pausen is een puik geschreven boek waarin deze prelaten allemaal, beginnend bij Petrus en eindigend bij de huidige paus Benedictus XVI (die overigens niet op de onverdeelde sympathie van Norwich mag rekenen) aan de lezer voorbijtrekken. Onder wie dus ook onze Johanna.

Nauw steegje
Waar het verhaal vandaan komt, is helder. Norwich citeert de dominicaanse monnik Martinus Polonus die in 1265 in zijn Chronicum Pontificum et Imperatum optekende:
‘Men heeft beweerd dat deze Johannes een vrouw was, die als meisje door een van haar minnaars in mannenkleren naar Athene was gesmokkeld, waar ze zich zo bekwaamde in een aantal takken van wetenschap dat niemand nog haar gelijke daarin kon zijn; daarna onderwees ze in Rome in de artes liberales en onder haar gehoor en studenten telde ze tal van grote meesters. In de stad groeide de achting voor haar leven en haar gekendheid en unaniem werd ze tot paus gekozen. Tijdens haar pausschap raakte ze echter zwanger van haar vriend. Onwetend van het moment van geboorte beviel ze tijdens een processie van de St. Pieter naar het Lateraan, in een nauw steegje tussen het Colosseum en de kerk van de heilige Clemens. Na haar overlijden is ze naar men zegt op diezelfde plaats begraven. De heilige Paus wendt de blik altijd af van deze steeg en dat is naar velen geloven uit afschuw voor deze gebeurtenis. Ook is ze niet op de lijst van heilige pausen geplaatst, zowel vanwege haar vrouwelijke sekse als vanwege de schandelijkheid van deze gebeurtenis.’
Volgens Norwich heeft de monnik er zo voor gezorgd dat het verhaal over Johanna, dat overigens in allerlei latere geschriften in alle mogelijke variaties is herhaald, is uitgegroeid tot 'een van de meest oudbakken canards' in de geschiedenis van de pausen. Maar het is ook bij uitstek een verhaal geweest dat ten tijde van en nog lang na de Reformatie door verklaarde tegenstanders van 'Rome', zoals de hervormer Johannes Hus, dankbaar werd aangegrepen om de perversiteit van de katholieke kerk aan te tonen.

• Pausin Johanna bevalt op straat

Zéér bijzondere stoel
Norwich toont aan dat sommige feiten het relaas over Johanna wel degelijk ondersteunen. Zo is het een feit dat op de plaats waar Johanna in het al gememoreerde steegje is bevallen eeuwenlang een standbeeld van haar en haar kind heeft gestaan. Feit is ook dat pausen deze plek altijd als de pest hebben gemeden of, als het niet anders kon, tijdens het passeren ervan demonstratief en vol oprecht afgrijzen hun blik hebben afgewend. Naar alle waarschijnlijkheid heeft paus Sixtus IV dit beeld rond 1480 in de Tiber laten smijten. Feit is tot slot dat het hele verhaal rond Johanna een zeer bijzondere stoel heeft opgeleverd.
Kerkjurist en kroniekschrijver Adam van Usk (Wales, 1352-1430) was voor zover bekend de eerste die deze stoel, de 'chaise percée', heeft beschreven naar aanleiding van de kroning van de tamelijk labiele paus Innocentius VII in 1404. Van Usk:
'En daar moet hij in een zetel van porfier gaan zitten, die aan de onderkant voor dit doel is doorboord, zodat een van de jongere kardinalen zijn sekse kan controleren; en dan wordt hij, terwijl het Te Deum klinkt, naar het hoogaltaar gedragen.'
Alvorens tot paus te kunnen worden benoemd moest derhalve eerst worden vastgesteld of de kandidaat letterlijk wel ballen had: een tweede Johanna moest tot elke prijs worden voorkomen. De stoel schijnt vier eeuwen in gebruik te zijn geweest. Er bestaan nog twee exemplaren van deze curieuze pauselijke zetel: een staat in het Louvre, de andere in een van de Vaticaanse Musea.

Patriarch van Constantinopel
Feiten maken echter nog geen waarheid. Norwich veegt op basis van een heleboel zwaarwegende argumenten de vloer aan met het pontificaat van Johanna. Laat ik me beperken tot de twee belangrijkste die op zich al voldoende gewicht in de schaal leggen om Johanna genadeloos uit de pauselijke geschiedenis te schrappen. Het is zeer onwaarschijnlijk, aldus Norwich, dat zij haar sekse en haar zwangerschap in die bekrompen mannengemeenschap met haar grenzeloze sociale controle maandenlang verborgen heeft kunnen houden, om maar te zwijgen over de waarschijnlijkheid van een spontane bevalling ergens midden op straat. Maar het doorslaggevende argument is de houding van tijdgenoot Photius, patriarch van Constantinopel van 858 tot 868. Als tegenhanger van de paus in Rome was de patriarch van oudsher per definitie op zoek naar mogelijkheden om de perfide katholieke geestelijkheid in en rond het Vaticaan aan de schandpaal te nagelen. Heel Rome was dan ook vergeven van Byzantijnse spionnen en informanten. Photius heeft echter nooit gesproken of geschreven over Johanna. Dat kan alleen maar betekenen dat Johanna nooit op Petrus' zetel heeft gezeten. Photius zou, figuurlijk natuurlijk, gehakt van het mens hebben gemaakt.

John Julius Norwich
De Pausen. Een geschiedenis
Uitgever Bert Bakker (Prometheus), Amsterdam 2011
566 p.p., geïllustreerd
ISBN 978 90 351 3635 9
34,95 euro


Reacties via onderstaande servicebalk of e-mailen naar krekwekdogt@hotmail.nl