woensdag 28 december 2011

Opschrijfboekje (III): drie dooie mormels

Laten we het eens hebben over wat aantekeningen van de laatste dagen in mijn opschrijfboekje. Over drie loederige mormels. Twee zijn er naar de gallemiezen, een is de dood.

Kim Jong-il
Eindelijk is het zover, Kim Jong-il, het monster dat miljoenen Noord-Koreanen de dood heeft ingejaagd, is nu zelf het haasje. Hartstikke dood, zo dood als een pier. Moge het aantal wormen en maaien dat zich straks smikkelend & smullend door zijn gemene oogjes naar buiten zal wroeten even groot zijn als het aantal onschuldigen dat hij op zijn geweten heeft. Laat gerechtigheid ons deel zijn.

Een volstrekte idioot was hij, een potsierlijke zot, een godvergeten schurk die zich een ongekend luxueus leven permitteerde terwijl zijn volk crepeerde. Op 19 december zette het weekblad Elsevier de tien meest hardnekkige – en dus op waarheid berustende – geruchten op een rijtje. We vissen er voor de lezer een paar uit.

Een jaar of tien geleden was Kim Jong-il niets en niemand minder dan de uitvinder van de hamburger, in het Noord-Koreaans heel poëtisch ‘Gogigyeopbbang’ geheten. Hij is geprezen en bewierookt om deze culinaire noviteit, de Noord-Koreanen raakten niet uitgepraat over de hemelse vondst van de Grote Leraar. Dat zij zelf doorlopend hun aan de hongerdood gestorven kinderen naar kleine, laatste rustplaatsjes moesten brengen, ach, dat deed er niet toe. Als het de de Vader des Vaderlands maar naar den vleze ging.
Kim was ook een ontzagwekkend golftalent. In 1994 kreeg hij voor het eerst in zijn leven een club in handen en werkte in zijn debuut als golfer de 18 holes meteen maar eventjes af in 38 under par, inclusief vijf ‘holes in one’ (of is het ‘hole in ones’?), een nog nimmer aanschouwde prestatie waarvan geperverteerde, kapitalistische Amerikanen als Tiger Woods niet eens durven te dromen.
Uiteraard werd Kim als heilige geboren. We citeren Elsevier:

“Op het moment van zijn geboorte schitterde een heldere ster aan de hemel, was het ineens lente en kwam er een regenboog tevoorschijn. Als heilige zou de leider ook niet hoeven poepen en plassen.”
Ondertussen hadden ze dit mormel natuurlijk gewoon in zijn wieg moeten smoren. Nu zitten ze daar - en wij hier - opgescheept met zijn zoon Kim Jong-un. Het ventje heeft zo te zien het IQ van een opdrogende HEMA-dweil. Ook hij zal wel niet hoeven te poepen of piesen. Het mormelschap straalt nu al van hem af. Het is wat met deze wereld.

Pius XII
Op 9 november 1958 overleed eindelijk Eugenio Pacelli, beter bekend als paus Pius XII (1939-1958). Zijn verscheiden kwam minstens 19 jaar te laat. Deze reactionair en antisemiet had namelijk nooit op de zetel van Petrus plaats mogen nemen. Als iemand immers in staat was geweest de holocaust een halt toe te roepen, dan was hij het. Hij was namelijk uitstekend op de hoogte van de onbeschrijfelijke moordpartijen zoals die zich in de concentratiekampen voordeden, maar hij sloot er jarenlang willens en wetens zijn ogen voor. Erger nog: tot zijn dood is zijn mond gesloten gebleven.

Uiteindelijk werd hij in 1958 ziek. Doodziek. Onze Lieve Heer stuurde in zijn goedheid ogenblikkelijk een charlatan en kwakzalver van de ergste soort op hem af, de oogarts Galeazzi-Lisi die Pius volkomen onkundig en met zeer bekwame spoed naar de andere kant wist te helpen. Toen hij de geest had gegeven, liet de oogarts een balsemtechniek van eigen makelij op hem los. J.J. Norwich schrijft in zijn monumentale boek De Pausen (waarover in een latere blog meer) wat er gebeurde toen hij in een open lijkkist in een gezapig tempo door Rome werd gereden:

“Deze techniek faalde echter op opmerkelijke wijze. Van tijd tot tijd hoorde men weerzinwekkende oprispingen aan de kist ontsnappen en tijdens de opbaring was de stank zo afgrijselijk dat een van de Zwitserse gardes flauwviel. Ook viel de neus van het lijk af. Het was tot de aanmerkelijke opluchting van alle betrokkenen dat het deksel uiteindelijk weer op de kist werd geschroefd.”
Wie volkomen ten onrechte sterft in de geur van heiligheid moet stinkend verder.

Magere Hein
En dan het derde mormel, Magere Hein. Angst voor dit heerschap is niet meer nodig. Wetenschappelijk onderzoek toont namelijk aan dat we hem zonder al te veel inspanningen te snel af kunnen zijn. Magere Hein gaat, zo is empirisch vastgesteld, uiterst moeizaam voortstrompelend door het leven. Krekwekdogt las het in Medisch Contact:

“De loopsnelheid van Magere Hein is ongeveer 3 kilometer per uur en met een tempo boven de 5 kilometer per uur kunnen ouderen hem voorblijven. Er is namelijk een verband tussen topsnelheid en mortaliteit bij ouderen."
Ongeveer 1700 mannen van 70 jaar en ouder moesten allemaal een looptest doen en werden daarna 6 jaar gevolgd. In die periode overleden 266 mannen. Onder hen was er geen een die in de looptest een snelheid van 5 kilometer per uur had weten te bereiken. De mannen die daarin wel slaagden hadden een veel grotere kans op overleving. Conclusie: Magere Hein is niet vooruit te branden. Het is maar dat u het weet. Gewoon flink blijven doorstappen.
(Bron: The Grim Reaper, geschreven door Fiona Stanaway e.a. in de kersteditie van het British Medical Journal.)

Reacties via onderstaande servicebalk of e-mailen naar krekwekdogt@hotmail.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten